Vertaling discounter van Nederlands naar Zweeds

laatstelijk - kwellen - luchtverkeersleider - ontmanteling - grensteken - onzeker zijn - reactievermogen - vogels - trappen klimmen - waarborgverklaring - opladen van een geweer - hoogdravend praten - buitenlandse werknemer - dikker worden - roofvogel - jokkebrok - van onder - vermenselijken - informante - bouwfirmas - versluierd - in ontbinding verkeren - stuurroer - urinaal - zonder roer