Vertaling dienen van Nederlands naar Zweeds

met spuit een medicijn toedienen - geneesmiddel toedienen - bijverdienen - bedienen - zijn beklag indienen - aan tafel bedienen - de kost verdienen - nadienen - van raad dienen - indienen - aandienen - iemand iets toedienen - terugverdienen - een klacht indienen - verdienen - toedienen - opdienen - klacht indienen - zich bedienen - eenvoudig te bedienen - zich aandienen - knoppen bedienen

adellijk - capituleren - afleggen - troosteloze omgeving - uitbranden - vraagsteller - wildstroper - plaatsing - programmatuur - gegroefd - ijshockey - geïrriteerd - verkeerslicht - kindergebabbel - wijsbegeerte - hartverlamming - vergoeding - holbewoner - Indië - gistingsproces - verplicht - draadloos - driftig zijn - gesprekspartner - meedogenloos