Vertaling confiseur van Frans naar Nederlands
Wat is confiseur in het Nederlands?
Hieronder vind je de vertaling van confiseur van FR naar NL.
confiseur le ~
(pâtissier)
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
taartenbakker
de ~
banketbakker
de ~
koekbakker
de ~
suikerbakker
de ~
Recente vertalingen van FR naar NL
peau de porc
-
rotogravure
-
réfrigérateurs
-
mouvement pour la paix
-
raccourcir des vêtements
-
dédaigneusement
-
chefs de choeur
-
sans nuance
-
personne qui fait pipi au lit
-
blinder
-
malaise
-
bac à sable
-
à lextérieur
-
impopularité
-
cleptomane
-
pêche maritime
-
service de logement
-
manque de sagesse
-
actionnaire
-
sabrutir
-
débrouillardise
-
rails de tramway
-
costaud
-
petites gorgées
-
déclencheur automatique