Vertaling candy van Engels naar Nederlands

candy the ~ (confectionery)
[zelfstandig naamwoord]

snoepgoed het ~

lekkers het ~

snoepjes de ~

zoetigheid de ~

candy the ~

snoepgoed het ~

candy the ~

snoep de ~

candy the ~

kandij de ~

candy the ~ (crystallize)
[werkwoord]

versuikeren

candy the ~

konfijten

candy the ~ (sweetest)
[zelfstandig naamwoord]

liefste

beminde de ~

duifje

liefje het ~

lieve

poepje

schat de ~

schatje

schattebout de ~

scheetje het ~

snoes de ~

candy the ~ (confectionery)
[zelfstandig naamwoord]

suikerwerk het ~

suikergoed het ~

candy the ~ (sweeten)
[werkwoord]

zoetmaken

zoeten

Wat is candy in het Nederlands?