Vertaling beduimeld van Nederlands naar Duits

integriteit - veiligheidskleding - magneetsteen - nafta - bevoegdheid - opbruising - minutieus - prediker - ruïneren - kwalijkriekend - krullenjongen - recht door zee - meestens - lijfspreuken - winterachtig - Kerstmis - lentefeest - transitvoorraad - begrenzing - jachtrit - centrale poort - schrijvers - kortsluiten - rust - vooraan