Vertaling Austeiler van Duits naar Nederlands
Wat is Austeiler in het Nederlands?
Hieronder vind je de vertaling van Austeiler van DE naar NL.
Austeiler der ~
(Austeilerin)
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
verspreider
de ~
distributeur
de ~
verdeler
de ~
Austeiler der ~
Austeiler der ~
Austeiler der ~
verdelers
de ~
Woorden die beginnen of eindigen met Austeiler
Recente vertalingen van DE naar NL
Stofflichkeit
-
Ausbeuter
-
drehen
-
Wäschekammer
-
Thrombose
-
Erleichterung
-
Rosenwasser
-
Verdrießlichkeit
-
Stummheit
-
Zeit der Sitzung
-
Urinal
-
Unterrrichtsraum
-
Nachbehandlung
-
den Hals umdrehen
-
barmherzige
-
Lakonik
-
Gesichtszug
-
Amanuensis
-
versteinerte Überreste
-
Ägypter
-
Hypotenuse
-
Kupfer
-
Gletscherbildung
-
Geschäftsschluß
-
Grammatik