1. Home
  2. Vertalen
  3. DE
  4. NL
  5. aufsässig

Vertaling aufsässig van Duits naar Nederlands

Wat is aufsässig in het Nederlands?

Hieronder vind je de vertaling van aufsässig van DE naar NL.

aufsässig (auflehnend)
[bijvoeglijk naamwoord]
rebellerend
aufsässig (eigensinnig)
[bijvoeglijk naamwoord]
obstinaat
aufsässig (aufständisch)
[bijvoeglijk naamwoord]
opstandig
oproerig
rebels
revolutionair de ~
aufsässig (häslich)
[bijvoeglijk naamwoord]
hatelijk
stekelig
vijandig
aufsässig (starrköpfig)
[bijvoeglijk naamwoord]
stijfhoofdig
koppig
recalcitrant
weerbarstig
aufsässig (eigensinnig)
[bijvoeglijk naamwoord]
eigenzinnig
eigenwijs
hardhoofdig
aufsässig (widerborstig)
[bijvoeglijk naamwoord]
weerbarstig
koppig
onwillig
tegendraads
weerspannig
aufsässig (schwerhandhabbar)
[bijvoeglijk naamwoord]
recalcitrant
opstandig
stijfhoofdig

Recente vertalingen van DE naar NL

zurechtkommen - botanisch - Akrobat - Murmeler - Kapitänsrang - Monatsbinde - gesundheitsförderlich - hervorragend - ungekünstelt - Morgenrot - Zuschauer im Publikum - Branntwein - Romanleser - Paarung - Fopper - Kentern - denken - sitzen - rattern - Abschluß - Sukzession - brockenweise - fangen - Antriebmechanismus - supersonisch
Reinier Korth - Freelance Web Developer