Cookievoorkeuren

Deze website gebruikt alleen cookies voor het tonen van advertenties en het bijhouden van bezoekersaantallen. Er worden geen persoonlijke gegevens opgeslagen.

Afwijzen Accepteren

Dictionary.nl

Vertalen
- Nederlands
- Engels
- Duits
- Spaans
- Frans
- Zweeds
Synoniemen
- Nederlands
- Engels
- Duits
- Spaans
- Frans
- Zweeds
Rijmen
- Nederlands
- Engels
- Duits
- Spaans
- Frans
- Zweeds
Vertalen
Synoniemen
Rijmen
Links

Home
Vertalen
DuitsDE
NederlandsNL
Ansteckung

Vertaling Ansteckung van Duits naar Nederlands

Wat is Ansteckung in het Nederlands?

Hieronder vind je de vertaling van Ansteckung van DE naar NL.

Ansteckung die ~ (Infektion)
[zelfstandig naamwoord]

infectie de ~

ontsteking de ~

Ansteckung die ~

besmetting de ~

aansteken

besmetten

Te vertalen

Van

NLNederlands ENEngels DEDuits ESSpaans FRFrans SEZweeds

Naar

NLNederlands ENEngels DEDuits ESSpaans FRFrans SEZweeds

Woorden die beginnen of eindigen met Ansteckung

Ansteckungsangst - Ansteckungskrankheit - Ansteckungsgefahr - Ansteckungsstoff - ansteckungsfrei

Recente vertalingen van DE naar NL

bieten - Hundekarren - Kabinettsfrage - Geschworene - Vermittler - gebräuchlich sein - Genossenschaft - Gangbord - Kaufkraft - Phosphat - Zündschlüssel - Schlagzeile - in der Schwebe - Gottesdienst - Kot - Mauern fugen - Berufsverrband - Streckung - auffinden - Magenentzündung - Nase - Luftzuführung - Muschelfischer - Rückleuchte - zweiachsig

Reinier Korth - Freelance Web Developer