Vertaling aire van Spaans naar Nederlands

aire el ~ (aspecto)
[zelfstandig naamwoord]

uiterlijk het ~

aangezicht het ~

aanzien het ~

buitenkant de ~

gedaante de ~

gelaat het ~

type het ~

verschijning de ~

vertoon het ~

voorkomen het ~

vorm de ~

aire el ~ (melodía)
[zelfstandig naamwoord]

melodie de ~

wijs de ~

aire el ~ (melodía)
[zelfstandig naamwoord]

deun de ~

wijs de ~

aire el ~ (atmósfera)
[zelfstandig naamwoord]

buitenlucht de ~

lucht de ~

openlucht de ~

aire el ~ (ínfulas)
[zelfstandig naamwoord]

air het ~

Wat is aire in het Nederlands?