Nederlandse synoniemen voor zender
Ander woord voor zender?
De woorden hieronder zijn synoniemen en hebben dezelfde betekenis als zender in het Nederlands.
zender de ~ (radiostation)
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
radiostation
het ~
stations
de ~
zendstation
het ~
Nederlandse woorden die beginnen of eindigen met zender
televisiezender
-
verzender
-
steunzender
-
radiozender
-
kortegolfzender
-
stoorzender
-
straalzender
-
amateurzender
-
hulpzender
-
afzender
-
inzender
Recent opgevraagde synoniemen in NL
aanlenging
-
scheepswerven
-
bouillon
-
herleving
-
erbij betrekken
-
longitude
-
erkend
-
samentrekken
-
fiber
-
insuikeren
-
krantendrukkerij
-
gespleten
-
opdrijven
-
onderzoeken
-
salvo
-
voorwendend
-
zijn heil zoeken in
-
bokkig zijn
-
voorbereidingen treffen
-
linksaf
-
lepralijdster
-
gezinsverband
-
bakboordzijde
-
huisgezin
-
matsen