Nederlandse synoniemen voor woonhuis
Ander woord voor woonhuis?
De woorden hieronder zijn synoniemen en hebben dezelfde betekenis als woonhuis in het Nederlands.
woonhuis het ~ (woning)
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
woning
de ~
huis
het ~
residentie
de ~
thuis
het ~
verblijf
het ~
Recent opgevraagde synoniemen in NL
oogtand
-
tuinproducten
-
bedonderen
-
spilziek
-
torsen
-
algehele kosten
-
verdraaid
-
emanciperen
-
fascineren
-
hersenen
-
kamerbediende
-
sturing
-
goochemheid
-
port
-
bikkelhard
-
geven
-
dichtgaan
-
koud
-
discipline
-
open
-
uit elkaar vallen
-
bouwtechniek
-
handtekeningenjagers
-
hardlopen
-
vakkundigheid