Nederlandse synoniemen voor tweelingwoord
Ander woord voor tweelingwoord?
De woorden hieronder zijn synoniemen en hebben dezelfde betekenis als tweelingwoord in het Nederlands.
tweelingwoord
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
Geen synoniemen gevonden.
Recent opgevraagde synoniemen in NL
binnensteken
-
terugwerkende kracht hebben
-
niet weten te waarderen
-
drang
-
walvistraan
-
woongemeenschap
-
misdruk
-
stralenkroon
-
vergeetachtigheid
-
onvoorspelbaar
-
weer opstaan
-
diepgravend
-
uitlezen
-
verwezenlijkt
-
bomen kappen
-
strik
-
mindere
-
groot concern
-
havenmeester
-
binnenstad
-
snaak
-
verdachte
-
huurling
-
overtocht
-
aandrijvingsmechanisme