Nederlandse synoniemen voor telkens
Ander woord voor telkens?
De woorden hieronder zijn synoniemen en hebben dezelfde betekenis als telkens in het Nederlands.
telkens (voortdurend)
[bijvoeglijk naamwoord]
[bijvoeglijk naamwoord]
Recent opgevraagde synoniemen in NL
kokosvezel
-
kreukelen
-
meel
-
pik
-
begunstiger
-
koplicht
-
hal
-
opdrinken
-
vrucht van de granaatboom
-
voor het grootste gedeelte
-
voor het leven
-
tempelwijding
-
klopje
-
verheling
-
cel
-
verwoord
-
gebonk
-
spleetoog
-
klaarkomen
-
rare
-
poëte
-
zich de buik vol eten
-
dozijn
-
gemiddeld
-
ledematen