Nederlandse synoniemen voor tandspiegel
Ander woord voor tandspiegel?
De woorden hieronder zijn synoniemen en hebben dezelfde betekenis als tandspiegel in het Nederlands.
tandspiegel
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
Geen synoniemen gevonden.
Recent opgevraagde synoniemen in NL
spuit
-
borstkassen
-
blootsvoets
-
terugvloeien
-
scharminkelig
-
inburgering
-
exportheffing
-
colporteur
-
vol zorgen
-
uitpraten
-
voorzeggend
-
frivool
-
insteken
-
vereenzelvigen
-
verfpotje
-
achtergebleven
-
niet dicht
-
bouwmaatschappij
-
zonder taak
-
waarneming
-
tappen
-
jurisdictie
-
vaatwasser
-
hartziekte
-
aanpraten