Nederlandse synoniemen voor spreektijd
Ander woord voor spreektijd?
De woorden hieronder zijn synoniemen en hebben dezelfde betekenis als spreektijd in het Nederlands.
spreektijd de ~
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
Geen synoniemen gevonden.
Recent opgevraagde synoniemen in NL
motorolie
-
overhebben
-
tocht
-
bewoner
-
beslist
-
gelukspop
-
dragen
-
seintje
-
gazon
-
mooipraterij
-
overdonderd
-
sterfregister
-
ijsbloem
-
uit de slof schieten
-
artsenpraktijk
-
lappensprei
-
buurtschap
-
werkzaam zijn
-
opengemaakt
-
afwezig zijn
-
onder nul
-
kavel
-
misselijk
-
nastreven
-
voor de deur rijden