Nederlandse synoniemen voor practicum
Ander woord voor practicum?
De woorden hieronder zijn synoniemen en hebben dezelfde betekenis als practicum in het Nederlands.
practicum het ~
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
Geen synoniemen gevonden.
Nederlandse woorden die beginnen of eindigen met practicum
Recent opgevraagde synoniemen in NL
schemerlichtjes
-
gevolmachtigde
-
heilig
-
deal
-
ingehaald
-
onderstel
-
openhouden
-
koopverdrag
-
mi
-
hagelstenen
-
babyverzorging
-
geen
-
bejaarde
-
walm
-
in quarantaine
-
kregelheid
-
kokervormig doosje
-
oprisping
-
aanklager
-
kiesschijf
-
telescoop
-
onzuiver
-
saneren
-
toonladder
-
annexeren