Nederlandse synoniemen voor opportunist
Ander woord voor opportunist?
De woorden hieronder zijn synoniemen en hebben dezelfde betekenis als opportunist in het Nederlands.
opportunist de ~
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
Geen synoniemen gevonden.
Recent opgevraagde synoniemen in NL
schede
-
vioolconcert
-
directeurs
-
vertrouwd
-
frequentie
-
besparen
-
noodsignaal
-
halfhoutse verbinding
-
dubbelgevouwen
-
cadeaupapier
-
kuit
-
knapheid
-
vrachtwagen
-
verzadigd
-
hypermodern
-
retorica
-
oneerbaar
-
failliet
-
passief
-
sterrenkijker
-
langdurig
-
vroegrijp
-
zachtmoedig
-
handelsmaatschappij
-
kif