Nederlandse synoniemen voor oen
Ander woord voor oen?
De woorden hieronder zijn synoniemen en hebben dezelfde betekenis als oen in het Nederlands.
oen de ~ (onnozelaar)
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
onnozelaar
de ~
druiloor
de ~
idioot
de ~
kalfskop
de ~
rund
het ~
schaapskop
de ~
schapenkop
de ~
stommeling
de ~
stommerd
de ~
stommerik
de ~
sukkel
de ~
sul
de ~
Nederlandse woorden die beginnen of eindigen met oen
afdoen
-
toneelseizoen
-
hoen
-
theaterseizoen
-
onderdoen
-
kapoen
-
wegdoen
-
ouderdomspensioen
-
iemand nadoen
-
taifoen
-
jong mannelijk hoen
-
moeite doen
-
zich van iets ontdoen
-
dwingen te doen
-
breikatoen
-
jachtseizoen
-
bergschoen
-
lief doen
-
handboeien omdoen
-
handmatig doen
-
kaphandschoen
-
zich pijn doen
-
per ongeluk doen
-
poen
-
sneeuwhoen
Recent opgevraagde synoniemen in NL
smakker
-
warnet
-
vakantieganger
-
schreeuwer
-
inhoudsopgave
-
ereboog
-
verwerkelijkt
-
voorbereidselen
-
onderwijskunde
-
avondtoilet
-
omschrijvend
-
strijdende opvatting
-
bovenop
-
ongoddelijk
-
schappelijkheid
-
met dit
-
arsenaal
-
recensent
-
in deze dagen
-
siddering
-
medezeggenschap
-
toertje
-
rantsoeneren
-
gelei
-
openingsrede