Nederlandse synoniemen voor nagelschaar
Ander woord voor nagelschaar?
De woorden hieronder zijn synoniemen en hebben dezelfde betekenis als nagelschaar in het Nederlands.
nagelschaar de ~
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
Geen synoniemen gevonden.
Recent opgevraagde synoniemen in NL
op iemands zak teren
-
datum
-
plaatselijk
-
oprijzen
-
gesponsord door
-
wees geworden
-
waanvoorstelling
-
het relevante wetsartikel
-
grappigheid
-
tegenspraken
-
plasje doen
-
strijden tegen
-
werkzaam zijn
-
vast
-
beieren
-
huifkar
-
bedoelen
-
t afzien van
-
schielijk
-
grot
-
enig in zijn soort
-
ineentimmeren
-
kronkelen
-
huwelijkskantoor
-
erf