Nederlandse synoniemen voor karigheid
Ander woord voor karigheid?
De woorden hieronder zijn synoniemen en hebben dezelfde betekenis als karigheid in het Nederlands.
karigheid de ~ (armzaligheid)
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
armzaligheid
de ~
poverheid
de ~
schamelheid
de ~
schraalheid
de ~
Recent opgevraagde synoniemen in NL
arbeider in steengroeve
-
cabaretartiest
-
afwerpen
-
niet terughoudend
-
binnenwaarts
-
gezwets
-
ontraden
-
stukvallen
-
koopje
-
verrotheid
-
ongeschoold arbeider
-
jammerend
-
moederkoek
-
toenmaals
-
rouwrandnagels
-
hartverlamming
-
leproosheid
-
tijdelijke leerkracht
-
hertsvanger
-
farceren
-
gehuppel
-
schietgebedje
-
geestelijk gestoord
-
buitenstaander
-
minnekozen