Nederlandse synoniemen voor kaart
Ander woord voor kaart?
De woorden hieronder zijn synoniemen en hebben dezelfde betekenis als kaart in het Nederlands.
kaart de ~ (toegangsbewijs)
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
toegangsbewijs
het ~
entreebiljet
het ~
kaartje
het ~
plaatsbewijs
het ~
ticket
het ~
Nederlandse woorden die beginnen of eindigen met kaart
trouwkaart
-
spijskaart
-
gebiedskaart
-
stempelkaart
-
kaartspel
-
legitimatiekaart
-
aanvullende kaart
-
hemelkaart
-
seizoenkaart
-
terreinkaart
-
wegenkaart
-
kaartlegsters
-
kaartsystemen
-
kaartenkamer
-
girostortingskaart
-
vrijkaart
-
steekkaart
-
kaartregister
-
stadskaart
-
klimaatkaart
-
regenkaart
-
wijnkaart
-
zeekaart
-
wegenbelastingkaart
-
kaartlezen
Recent opgevraagde synoniemen in NL
slaapplaats
-
kofferruimte
-
lusteloosheid
-
tijdens
-
onthaal
-
overvloed
-
uitglibberen
-
slotvoogd
-
stuurcabine
-
kalkoenvlees
-
correlatie
-
gedenkplaat
-
draaiboek
-
zich bezeren
-
vol
-
paddel
-
wegsnellen
-
tijdsduur
-
orkest dirigeren
-
neerkwakken
-
godsbode
-
overeenkomstig zijn
-
ziekenhuis
-
opnieuw doen
-
royement