Nederlandse synoniemen voor implantering
Ander woord voor implantering?
De woorden hieronder zijn synoniemen en hebben dezelfde betekenis als implantering in het Nederlands.
implantering
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
Geen synoniemen gevonden.
Recent opgevraagde synoniemen in NL
onderbroeken
-
bouwkeet
-
chirurgisch
-
op zijn hart hebben
-
fusies
-
gade
-
extase
-
potten
-
studeerkamers
-
geglansd karton
-
ijskelder
-
inkeer
-
limieten
-
halfrond
-
gangbaar
-
majestueus
-
brandbaar
-
klinken
-
landbouwgebied
-
bron
-
afstelbaar
-
allernieuwste
-
democrate
-
rekenopgave
-
opwinden