Duitse synoniemen voor Impfschein
Ander woord voor Impfschein?
De woorden hieronder zijn synoniemen en hebben dezelfde betekenis als Impfschein in het Duits.
Impfschein der ~
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
Geen synoniemen gevonden.
Recent opgevraagde synoniemen in DE
Höchsten Ziel
-
gurren
-
Schafskopf
-
demütig
-
Sprechzelle
-
spazierengehen
-
gewaltig
-
Pumpernickel
-
schlechter
-
Lieferungsvertrag
-
ja doch
-
sich hoch schlängeln
-
Pausen
-
schiefgewachsen
-
Streitsache
-
gasdicht
-
Schreibkunst
-
entschlußfähig
-
Verlesung
-
Spann
-
Zwischen Verzögerung
-
Grabdieb
-
Abbilden
-
Urkunde
-
unbeseelt