Nederlandse synoniemen voor gips
Ander woord voor gips?
De woorden hieronder zijn synoniemen en hebben dezelfde betekenis als gips in het Nederlands.
gips het ~
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
Geen synoniemen gevonden.
Nederlandse woorden die beginnen of eindigen met gips
gipsafgietsel
-
gipsplaat
-
gipsfiguur
-
gipsafdruk
-
gipsverband
-
gipsmodel
-
gipsornament
-
loopgips
-
gipsbeeld
-
gipsvorm
Recent opgevraagde synoniemen in NL
testikel
-
welgeteld
-
riks
-
koers zetten naar
-
leuterkous
-
misselijkmakend
-
malie
-
toevertrouwen
-
schielijk
-
korven
-
tactisch
-
doktersbezoek
-
dichtgesinterd aardwerk van vette klei
-
noodlot
-
trapgevel
-
darm
-
gevorkt
-
stroop om de mond smeren
-
eendracht
-
vervloekt
-
opgevoed
-
stuurlieden
-
leeg vat
-
vochtigheid
-
ontsmetting