Nederlandse synoniemen voor gesprekspartner
Ander woord voor gesprekspartner?
De woorden hieronder zijn synoniemen en hebben dezelfde betekenis als gesprekspartner in het Nederlands.
gesprekspartner de ~
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
Geen synoniemen gevonden.
Recent opgevraagde synoniemen in NL
stinkerd
-
aanleiding geven tot
-
tegenstelling
-
broddelen
-
wetsovertreding
-
tweespraak
-
samenvatten
-
schuurvel
-
zakken in
-
bedrijven
-
trouwerij
-
toonloos
-
olmen
-
doorloop
-
opschudding
-
kluizen
-
koordirigente
-
procreƫren
-
vlek
-
vals grijnzen
-
ten eerste
-
listig
-
klein
-
wintertijd
-
roodgloeiend