Duitse synoniemen voor ganz
Ander woord voor ganz?
De woorden hieronder zijn synoniemen en hebben dezelfde betekenis als ganz in het Duits.
ganz (intakt)
[bijvoeglijk naamwoord]
[bijvoeglijk naamwoord]
ganz (gänzlich)
[bijvoeglijk naamwoord]
[bijvoeglijk naamwoord]
ganz (unbefleckt)
[bijvoeglijk naamwoord]
[bijvoeglijk naamwoord]
ganz (ziemlich)
[bijvoeglijk naamwoord]
[bijvoeglijk naamwoord]
ganz (vollzeitig)
[bijvoeglijk naamwoord]
[bijvoeglijk naamwoord]
Duitse woorden die beginnen of eindigen met ganz
ganztägig
-
Eleganz
-
ganze
-
ganz kaputt und auseinander holen
-
ganz und gar
-
ganz frisch
-
Arroganz
-
Ganztagsbeschäftigung
-
ganz gemütlich herumgehen
-
ganz platt stampfen
-
ganz verrückt
-
ganz offensichtlich
-
ganztags
-
Extravaganz
-
ganz einfach
Recent opgevraagde synoniemen in DE
Schutzumschlag
-
Geplätscher
-
Stemmeisen
-
Rutschbahn
-
hauen
-
Blinzeln
-
Gipsverband
-
Liebkoserei
-
in Szene seeeetzen
-
grübeln
-
Meer
-
rückbezüglich
-
Anschlußdose
-
Gefälle
-
Kapuze
-
Hyänenhund
-
Treiben
-
gefaltet
-
unzähmbar
-
Anrechnen
-
nicht mehr mitmachen
-
reißen
-
Umwechslung
-
Erzählung
-
aufwärts gehen