Nederlandse synoniemen voor fraude
Ander woord voor fraude?
De woorden hieronder zijn synoniemen en hebben dezelfde betekenis als fraude in het Nederlands.
fraude de ~ (malversatie)
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
malversatie
de ~
onregelmatigheden
de ~
ontvreemding
de ~
verdonkeremaning
de ~
verduistering
de ~
zwendel
de ~
Nederlandse woorden die beginnen of eindigen met fraude
Recent opgevraagde synoniemen in NL
kikker
-
applaus
-
heesheid
-
hemelgeest
-
bijspringen
-
vijandin
-
gelijmd
-
voorgesteld
-
borrel pakken
-
scheepsmakelaars
-
vertelsel
-
rekruteren
-
voorwendsels
-
mindere
-
B.V.
-
verstrooiing
-
aanmanen
-
moraal
-
hofbal
-
hagel
-
vergaren
-
discreet
-
omzien
-
caféhouder
-
overtreding