Duitse synoniemen voor Flauheit
Ander woord voor Flauheit?
De woorden hieronder zijn synoniemen en hebben dezelfde betekenis als Flauheit in het Duits.
Flauheit die ~ (Schwachheit)
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
Schwachheit
die ~
Abgespanntheit
die ~
Erschlaffung
die ~
Erschöpfung
die ~
Hinfälligkeit
die ~
Kraftlosigkeit
die ~
Kränklichkeit
die ~
Laschheit
die ~
Schlaffheit
die ~
Schlappheit
die ~
Schwäche
die ~
Weichheit
die ~
Recent opgevraagde synoniemen in DE
Ejakulation
-
konjugieren
-
hinunterhelfen
-
herüberreichen
-
verpesten
-
heraufkommen
-
versprengen
-
Verwaltungsbezirk
-
Scheine
-
Erkundungszug
-
Literaturgeschichte
-
Gesundheitspflege
-
enttarnen
-
Mischen
-
Wahlsprüche
-
Arbeiterwohnung
-
Bergrücken
-
abklopfen
-
verwittert
-
verbrüdern
-
Korsar
-
unrein
-
streng behandeln
-
ruchbar
-
Zugfahrplan