Nederlandse synoniemen voor band
Ander woord voor band?
De woorden hieronder zijn synoniemen en hebben dezelfde betekenis als band in het Nederlands.
band de ~ (verbinding)
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
verbinding
de ~
aansluiting
de ~
connectie
de ~
liaison
de ~
link
de ~
relatie
de ~
samenhang
de ~
verband
het ~
band de ~ (samenhang)
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
samenhang
de ~
correlatie
de ~
relatie
de ~
verband
het ~
verbinding
de ~
band de ~ (pact)
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
pact
het ~
akkoord
het ~
binding
de ~
bond
de ~
bondgenootschap
het ~
federatie
de ~
liga
de ~
unie
de ~
verbond
het ~
verdrag
het ~
Nederlandse woorden die beginnen of eindigen met band
afdichtingsband
-
banden
-
bandiet
-
leiband
-
plakband
-
haarband
-
armband
-
schouderband
-
stemband
-
kruisverband
-
slavenarmband
-
huwelijksband
-
isolatieband
-
rubberband
-
bandeloos
-
reserveband
-
tochtband
-
binnenband
-
cassetteband
-
familieband
-
bandenpech
-
gewrichtsband
-
kleefband
-
samenwerkingsverband
-
draagverband
Recent opgevraagde synoniemen in NL
tobberig
-
zeewieren
-
mug
-
druipen
-
leuterpraat
-
vertroosting
-
sinister
-
verkiesbaarheid
-
bezoeken
-
verreden
-
aanroepen
-
in de rouw zijn
-
trein
-
kruipen
-
recreant
-
stammoeder
-
gevierd
-
omvervallen
-
uniformiteit
-
stadsleven
-
kruisvorm
-
zich vergissen
-
sensualisme
-
ijverig
-
veldheer