Duitse synoniemen voor aufsässig
Ander woord voor aufsässig?
De woorden hieronder zijn synoniemen en hebben dezelfde betekenis als aufsässig in het Duits.
aufsässig (eigensinnig)
[bijvoeglijk naamwoord]
[bijvoeglijk naamwoord]
aufsässig (häslich)
[bijvoeglijk naamwoord]
[bijvoeglijk naamwoord]
aufsässig (starrköpfig)
[bijvoeglijk naamwoord]
[bijvoeglijk naamwoord]
aufsässig (eigensinnig)
[bijvoeglijk naamwoord]
[bijvoeglijk naamwoord]
aufsässig (widerborstig)
[bijvoeglijk naamwoord]
[bijvoeglijk naamwoord]
aufsässig (schwerhandhabbar)
[bijvoeglijk naamwoord]
[bijvoeglijk naamwoord]
Recent opgevraagde synoniemen in DE
Geifer
-
Aussageform
-
Neureiche
-
zufriedenstellen
-
Gunst erwerben
-
Käsestange
-
einschneiden
-
aufkleben
-
entgegenkommend
-
Perkolator
-
kanariengelb
-
ungerührt
-
Lausejunge
-
Schlägertrupp
-
zurückgreifen
-
Gehüstel
-
herabsetzen
-
Jähzorn
-
Hüsteln
-
leicht schmutzig werden
-
Gehrung
-
Fernsehgerät
-
anfertigen
-
Krätze
-
gleichgestimmt