Nederlandse synoniemen voor april
Ander woord voor april?
De woorden hieronder zijn synoniemen en hebben dezelfde betekenis als april in het Nederlands.
april de ~
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
Geen synoniemen gevonden.
Recent opgevraagde synoniemen in NL
het goed maken
-
trouweloos
-
methodisch
-
voor het gerecht roepen
-
hofberichten
-
keel
-
spade
-
verkankeren
-
rationeel
-
schrijfstijl
-
op enigerlei wijze
-
baldadig
-
daad
-
beroepsonderwijs
-
deviezenhandel
-
aansluitkosten
-
schieter
-
bonbon
-
fatsoenlijk
-
uitroeier
-
overhellen tot een denkwijze
-
in iets rondtasten
-
heupwieg
-
kwakkel
-
postwissel